Laatst bijgewerkt: 30 mei 2025
IUCN-status: Gevoelig (2018)
Nederlandse naam: Chindongo sp. elongatus mpanga.
Wetenschappelijke naam: Chindongo sp. elongatus mpanga.
Synoniemen: Pseudotropheus sp. elongatus mpanga.
Oorsprong: Afrika (Malawimeer).
Landen: Malawi.
Leefomgeving: Hij leeft in ondiepe, rotsachtige wateren, meestal rond kleine rotsformaties waar hij algen kan afgrazen.
Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes zijn doorgaans groter, met opvallend helderdere eivlekken op de anaalvin in vergelijking met de vrouwtjes.
Temperatuur: 23 - 28 graden Celsius.
pH: 7,5 tot 8,5.
GH: 8 tot 15.
Licht: Normaal.
Beplanting: Beplanting niet noodzakelijk.
Bodembedekking: Bij voorkeur een zandbodem als ondergrond. Richt de bak verder in met een ruime hoeveelheid stenen en grotten voor een natuurlijke uitstraling.
Stroming: Zacht.
KH/GH: 12 tot 16.
Leeftijd: 7 jaar.
Lengte: Vrouwtjes tot 8 cm en mannetjes tot 10 cm.
Voedsel: In de natuur bestaat zijn hoofdvoedsel voornamelijk uit plantaardig materiaal zoals algen. In het aquarium zal hij de meeste aangeboden voer soorten accepteren, maar het dieet moet voor een groot deel bestaan uit plantaardig voedsel zoals spirulina-vlokken, geblancheerde spinazie, nori en vergelijkbare opties. Dit kan aangevuld worden met levend- en diepvriesvoer. Geef echter nooit runderhart of ander rood vlees, omdat dit schadelijk is voor de spijsvertering van deze vissen.
Aquariummaat: 120 cm.
Waterlaag: Boven, midden en onder.
Karakter: Mannetjes onderling kunnen zeer agressief zijn.
Aantal: 1 mannetje met 3 vrouwtjes.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee.
Tijd voor uitspugen eitjes: Na ongeveer 2 dagen.
Bijzonderheden: Houd deze vissen niet samen met andere Chindongo-soorten, omdat dit kan leiden tot kruisingen. Wees bovendien voorzichtig met soorten die lijken op de Elongatus Mpanga, aangezien ze voor soortgenoten kunnen worden aangezien en daardoor aangevallen kunnen worden.
Kweekinfo: Het kweken met deze soort is tamelijk eenvoudig.
Tijdens de paring slooft het mannetje zich flink uit en laat hij zijn volledige kleurrijke pracht zien, waarbij zijn kleuren op hun mooist zijn. Daarna zal hij het vrouwtje door middel van karakteristieke trillende bewegingen naar een zorgvuldig gekozen plek achter wat stenen lokken. Op deze plek heeft hij in de bodem een gat gemaakt van ongeveer 10 cm in doorsnede. Hier, in dit zorgvuldig voorbereide kuiltje, zal uiteindelijk de paring plaatsvinden.
De eitjes worden bevrucht met behulp van de eivlek-methode, een bijzonder proces, waarna het vrouwtje de eitjes veilig in haar muil opneemt om ze daar uit te broeden. Dit maakt haar een zogenoemde maternale muilbroeder. Een gemiddeld nest bevat meestal tussen de 10 en 20 eitjes, wat ervoor zorgt dat er voldoende jongen zijn om de populatie in stand te houden. De uitgebroede jongen worden na ongeveer 2 dagen al door de moeder uitgespuugd, maar zij verlaten het beschermde territorium van hun ouders nog niet direct. Ze blijven in de buurt en genieten zo van de bescherming en zorg van beide ouders.De jongen kunnen vrijwel direct na het uitspugen gevoerd worden met fijn gewreven droogvoer. Het is echter belangrijk om er rekening mee te houden dat dit herbivoren zijn, wat betekent dat hun dieet voornamelijk uit plantaardig voedsel moet bestaan. Probeer daarom niet te veel of te vaak artemia of ander levend voer te geven, want dit kan minder geschikt zijn voor hun spijsvertering. Kies liever voor alternatieven zoals spirulina, dat beter aansluit bij hun natuurlijke dieet en zorgt voor een gezonde groei en ontwikkeling.
Hoe nuttig vond je dit artikel?
Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.
(Plaatsing star-rating 19-02-2025)