Naam: Olifantsvis.

Wetenschappelijke naam: Gnathonemus petersii.

Synoniemen: Mormyrus petersii, Gnathonemus petersi, Gnathonemus brevicaudatus, Gnathonemus histrio.

Oorsprong: Afrika (Kameroen, Nigeria en Zaïre).

Biotoop: Afrikaans.

Geslachtsonderscheid: De vrouwtjes hebben een rechte aarsvin, de mannetjes hebben er een inkeping in.

Temperatuur: 22 - 28 graden Celsius.

pH: 7 tot 7,5.

GH: 5 tot 8.

Licht: Matig.

Beplanting: Gedeeltelijk dicht beplant waar ze (overdag) tussen kunnen schuilen. De planten moeten echter wel goed verankerd zijn want ze woelen graag in de bodem op zoek naar voedsel.

Bodembedekking: Zand, ook bladeren op de bodem stellen ze erg op prijs.

Stroming: Normaal.

Leeftijd: 10 jaar.

Lengte: Tot 23 cm.

Voedsel: Diepvriesvoer, voedertabletten, groenvoer en levend voer (vooral Tubifex).

Aquariummaat: 180 cm of groter.

Waterlaag: Midden en onder.

Gedrag tegenover soortgenoten: Vrij agressief (territoriumvis).

Gedrag tegenover andere soorten: Vreedzaam tegenover andere medebewoners.

Aantal: Solitair.

Geschikt voor: Ervaren aquariaan.

Tijd voor uitkomen eitjes: 

Bijzonderheden: Olifantsvissen bezitten een elektrisch orgaan waarmee ze onderling kunnen communiceren, prooien kunnen localiseren en zich oriënteren. Het elektrisch orgaan zelf zit in de staartwortel; elektroreceptoren zijn over de hele kop, de buik- en de rugzijde verspreid, maar zitten niet op de zijkant en de staartwortel van de vis. De pH (7 - 7,5) en de Gh (5 - 8) dienen optimaal te zijn anders leven deze vissen niet lang.

​

Kweekinfo: In aquaria vrijwel onmogelijk.