© Foto's: Rizi Chia

Naam: Blanke goerami of Zilvergoerami.

Wetenschappelijke naam: Trichopodus microlepis.

Synoniemen: Osphromenus microlepis, Trichogaster microlepis, Trichopus parvipinnis, Deschauenseeia chryseus.

Oorsprong: Thailand en Cambodja.

Biotoop: Aziatisch.

Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes hebben iets meer kleur in rug- en aarsvinnen.

Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.

pH: 6,5 tot 7,5.

GH: 8 tot 12.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.

Bodembedekking: Zand of grind. Stukken (kien)hout en/of takken worden zeker op prijs gesteld.

Stroming: Zwak.

Leeftijd: 5 jaar.

Lengte: 10 tot 15 cm.

Voedsel: Droogvoer en diepvriesvoer.

Aquariummaat: 120 cm.

Waterlaag: Boven het midden.

Karakter: Zeer vreedzaam.

Aantal: Paartje.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.

Tijd voor uitkomen eitjes: 24 tot 36 uur.

Bijzonderheden:

Kweekinfo: De kweek van de Zilvergoerami is redelijk eenvoudig.

 

Voor een succesvolle kweek neemt men een ruime donkere kweekbak. De kweekbak dient met een laag water van ongeveer 12 á 15 centimeter te worden gevuld en er mag maar heel weinig tot geen stroming zijn. Voorzie de kweekbak van een aantal drijfplanten of door planten waarvan de bladeren op het wateroppervlak drijven. Deze planten helpen om het schuimnest op zijn plaats te houden. Nadat het koppel in de kweekbak is geplaatst verhoogd men langzaam de temperatuur tot 29 graden Celsius (ongeveer in drie dagen tijd).

 

Het mannetje zal dan flink wat tijd besteden aan het bouwen van een groot schuimnest. Na de balts gaan de goerami's over tot de ei afzetting. Een nest kan wel 500 tot 1000 eitjes bevatten. Na het afzetten van de eitjes moet het vrouwtje worden verwijderd anders zal het mannetje haar constant verjagen.

 

Het mannetje zal voor het nest zorgen en het bewaken. Eitjes die naar beneden zinken zullen door het mannetje in de bek worden opgepakt en terug worden gespuwd in het nest. Dat is tevens de reden dat er maar 12 á 15 cm water in de kweekbak moet zitten. Zo hoeft het mannetje niet te veel afstand af te leggen om de gezonken eitjes weer terug naar het nest te brengen.

 

De jongen komen na 24 tot 36 uur tevoorschijn, dan dient ook het mannetje uit de kweekbak gehaald te worden. Na 4 dagen gaan de jongen rondzwemmen en kunnen ze worden gevoerd met bijvoorbeeld Liquifry, micro aaltjes, pantoffeldiertjes en stofvoer.